De winkel van Selah Lijfack zit in een oude container – foto: Elisa Koek
ORANJESTAD – Van negen-tot-vijf werken is al lang een gepasseerd station voor ondernemers op Sint Eustatius. De prijzen en belastingen zijn gestegen. De hele bevolking zet de zeilen bij en voor ondernemers is de slechte economie helemaal een dooddoener.
Selah Lijfack heeft al tien jaar een kledingzaak, maar houdt de laatste tijd met moeite zijn hoofd boven water. “Het is al moeilijk om een zaak te runnen op Statia, want niks wordt lokaal gefabriceerd. Waarom moet je iemand zo veel belasting laten betalen?”
Lijfack is niet de enige ondernemer die het moeilijk rooit. Aan de deuren van veel winkels op het eiland hangen sloten die voorlopig niet meer open lijken te gaan. Hoewel het eiland eerder bestond uit veel boeren, hebben ook zij eieren voor hun geld gekozen.
Rondkomen
Volgens Lourens Duijveman was dit een paar jaar geleden wel anders. Hij begon in 2009 een landbouwbedrijf. De eerste jaren ging het goed, maar sinds 2011 is het triest gesteld. Hij kan niet meer leven van zijn inkomen. “De eerste twee jaar kon ik zelfs iemand in dienst nemen, omdat de zaken zo goedgingen, maar vanaf 2011 hield het op. Mijn vrouw werkt in het onderwijs en moet ons onderhouden.”
Bereikbaar
Lijfack begon zijn kledingwinkel in de avonduren, maar werkt nu dag en nacht. “Ik wil niet het risico lopen dat ik klanten mis dus mijn telefoonnummer hangt op het raam. Als iemand belt, open ik de winkel.”
Door Elisa Koek