Caribisch Netwerk brengt een serie artikelen over de eilanden, vijf jaar na de Staatkundige Vernieuwing, die op 10 oktober 2010 werd voltooid. Op die datum werden de Nederlandse Antillen ontbonden en zijn Sint Maarten en Curaçao autonome landen binnen het koninkrijk geworden. Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn sindsdien ‘bijzondere gemeenten’ van Nederland. Aruba heeft al sinds 1986 een autonome status en behoorde niet meer tot de Nederlandse Antillen.
AMSTERDAM – Terwijl Curaçao uit de Antillen stapt, zijn er in Nederland verschillende spraakmakende bijeenkomsten. Volle zalen en onder de aanwezigen veel ouderen. Vijf jaar na 10-10-10, voelt deze groep zich in de steek gelaten door het eiland.
Degenen die met het opbouwen van het eiland willen helpen, moeten zo snel mogelijk terug, luidt keer op keer de boodschap van Curaçaose politici die Nederland bezoeken. Ouderen dromen van een terugkeer, maar om hen staat het kabinet op het eiland niet te springen. Curaçao kampt met vergrijzing en als dat verder toeneemt, is dat slecht voor de economie en sociale zekerheid.
“Dat we de gemeenschap geld zullen kosten, klopt. Maar vergeet niet, wij hebben de gemeenschap helpen opbouwen”, zegt Mariëta Emers (69) van stichting Caribische Senioren Tilburg. “Voor ons geld zijn we goed, om op kinderen te passen ook en verder worden we als een last beschouwd. Ik begrijp heel goed waarom veel ouderen zich in de steek gelaten voelen.”
Remigratie
De Curaçaose volkshuisvesting FKP komt naar Nederland voor informatiesessies en de werving blijkt vooral bedoeld te zijn voor mensen die een huis willen kopen. Ouderen die geen kapitaal hebben, hoeven niet bij de regering aan te kloppen. Bij de voorlichtingsavond van het Curaçaohuis gaan de vragen bijna alleen maar over remigratie. De ouderen zijn, net als de overige aanwezigen, van mening dat de Curaçaose en Nederlandse overheid hen zowel praktisch als financieel zou moeten helpen met remigreren. Maar daarvoor is er geen geld en de prioriteiten liggen anders, aldus regeringsambassadeur Marvelyne Wiels.
“Mensen hebben het idee dat al onze ouderen in Nederland geld hebben. Maar dat is echt niet zo”, vertelt Irene Hoekstra van de seniorensclub Ban P’e in Den Haag. “Ook bij onze stichting kwam iemand uit Curaçao om te praten over een villaproject. De mensen die kwamen, gingen ook teleurgesteld weg. Onze ouderen leven vaak van een krap pensioen, al is hun situatie in Nederland iets stabieler. ”
Aan een sociale huurwoning zullen de ouderen waarschijnlijk nooit meer komen. Ben je niet woonachtig op Curaçao, dan kan je niet op de wachtlijst. Er wachten tenslotte ruim 5.000 inwoners al meer dan tien jaar op een sociale huurwoning.
Bejaardentehuis
“Vroeger bleef je bij je kinderen wonen tot je stierf. Maar dat is helaas niet meer zo, want de kinderen willen hun eigen leven”, vertelt Mariëta Emers. En als je toch mag komen inwonen, dan kun je als oudere door geldgebrek moeilijk je spullen meenemen. Mensen zijn minder sociaal geworden. Je voelt je als oudere dat je nu een last bent geworden voor anderen in je omgeving op het eiland.”
“Naar een bejaardentehuis is geen optie”, vertelt Emers. “Je weet dat het einde dan erg dichtbij komt omdat er nauwelijks dagbestedingen zijn. Maar ook in Nederland zie je ze geestelijk en lichamelijk achteruitgaan, want er is heel veel eenzaamheid en onze mensen komen niet voor zichzelf op.”
“Het is triest en hard om te horen dat Curaçao niet op ons zit te wachten”, vertelt Irene Hoekstra. “Daarom proberen we ze uit hun sociale isolement te halen door bijeenkomsten te organiseren. Toch zullen veel ouderen een manier vinden om terug te gaan, omdat het hun laatste droom is.”
Door John Samson