Bonairiaanse jongeren laten ballonnen los Foto Belkis Osepa

Bonairiaanse jongeren laten ballonnen los – foto: Belkis Osepa

KRALENDIJK – De traditionele viering van Dia di Boneiru had als thema eenheid en de oproep om zich als ‘honderd procent’ Bonairiaan te gedragen. In de bijzondere eilandraadsvergadering vielen veel mooie woorden om eenheid na te streven.

Toch brokkelde de eenheid even later af. De herhaaldelijke nadruk op de kreet ‘honderd procent Boneriaan’, deed menig wenkbrauwen fronsen tijdens de viering van Bonairedag.

De festiviteiten op Dia di Boneiru hadden alle traditionele ingrediënten: belovende toespraken, gezelligheid, zang en muziek, culturele accenten, erkenning van ereburgers en eten en drinken. Ondanks dat het Wilhelminaplein tijdens de officiële plechtigheden niet afgeladen was, zat de sfeer er goed in.

Protocollair
De eilandsraad die doorgaans politiek verdeeld is, probeerde eensgezindheid over te brengen via de radio. De plechtigheden verplaatsten zich daarna naar het Wilhelminaplein. De kersverse Rijksvertegenwoordiger Gilbert Isabella kreeg protocollair een ongunstig zitplaats op de hoek op de tweede rij toegewezen. Hij hield de Curaçaose gasten – minister Ben Whiteman van Gezondheid en drie Curaçaose parlementariërs – gezelschap.

Bijna alle eilandraadsleden spraken de wens uit om eenheid na te streven. PDB-Eilandraadslid Robby Beukenboom voegde de daad bij het woord en verzocht de collega’s een ‘eenheidsverklaring’ te tekenen. Voornaamste discussiepunt: onderkenning van een referendum over de staatkundige status van Bonaire. De grootste coalitiepartij UPB tekende niet; de oppositie en coalitiepartner Santana wel. Een nipte meerderheid tekende de verklaring.

Honderd procent
Gezaghebber Edison Rijna en gedeputeerde Jona Chirino-Felida benadrukten in hun toespraak het idee om ‘honderd procent’ Bonairiaan te zijn. “Ik vier Dia di Boneiru als een honderd procent Bonairiaan”, zei Rijna. “Maar ik kan het niet alleen. Meer mensen zijn nodig die zich honderd procent Boneriaan voelen en bereid zijn zich in te zetten voor Bonaire.”

Rijksvertegenwoordiger Isabella naast Curaçaose gasten - foto: Belkis Osepa

Rijksvertegenwoordiger Isabella naast Curaçaose gasten Foto Belkis Osepa

De roep van de twee gezagdragers en de vertolking van het onlangs gekozen volkslied met dezelfde titel ‘shen porshentu Boneriano’ viel in goede smaak bij een gedeelte van het publiek. Toch was er kritiek. De zo vaak herhaalde kreet leek een verdeeldheid uit te stralen. Vooral immigranten en burgers die ergens anders zijn geboren en opgegroeid, lijken niet onder de ‘honderd procent’- benaming te vallen.

Apartheid
Bonairiaan Linchi Thodé van Nort Saliña begrijpt wat de oproep kan betekenen voor de vele nationaliteiten op Bonaire. “Sommigen wonen hier al jaren. Ze zijn voor mij ook honderd procent Bonairaan. Die kreet lijkt op een soort apartheid, alsof wij ons van hen verwijderen. Het moet niet zo sterk naar voren gebracht te worden. De niet-Bonairianen voelen dat.”

 
Robby Statius denkt niet dat de kreet een scheiding veroorzaakt. “Ik ben zelf geen Bonairiaan, maar Arubaan. Maar ik woon van kleins af aan hier. Liefde voor de medemens is het belangrijkste. Dan hebben we eenheid en dat geeft kracht.”

Gedeputeerde Jona Chirino-Felipa biedt haar excuses aan mocht de kreet verkeerd zijn opgevat. “Het is een soort hype geworden. Als je vindt dat je bijdraagt, maakt dat je honderd procent Bonairiaan bent. Zonder onderscheid te maken in bijvoorbeeld afkomst en religie, willen we iedereen uitnodigen om zich als honderd procent Bonairiaan te gedragen, te integreren en ons te helpen Bonaire op te bouwen. We hebben het over eenheid en samenwerking. We waarderen iedereen die hier is komen wonen en de gemeenschap en onze economie helpt.”

Door Belkis Osepa