Protocol opzij tijdens koninklijk bezoek Statia
Koning Willem-Alexander en Máxima praten ongedwongen met bewoners - foto: Jean Mentens

Koning Willem-Alexander en Máxima praten ongedwongen met bewoners – foto: Jean Mentens

ORANJESTAD – Willem-Alexander en Máxima hebben op St. Eustatius even het protocol en het officiële programma links laten liggen om ongedwongen met de bewoners te praten en handen te schudden met mensen langs de weg.

 
Statia was de derde etappe van het bezoek aan alle eilanden van de Nederlandse Cariben en zonder meer de meest ontspannen en informele halte tot nog toe.

 
Spontaan
Na het bezoek in de ochtend aan kinderdagverblijf Busy Bees stopte de koninklijke colonne onverwacht bij een groepje mensen die zowat 150 meter verder het koningspaar stond op te wachten. Met de pers op veilige afstand werd even uitgestapt en gepraat, er werden handen geschud en foto’s gemaakt. Toen de koning en de koningin weer instapten werden kraaltjes over het busje gegooid, tot grote bezorgdheid van de beveiliging die de spontane actie niet in hun programma hadden teruggevonden.

 
Ook de officiële onderdelen van het koninklijk bezoek speelden zich af in een totaal ontspannen sfeer. Hazel’s plantage werd bezocht waar Willem-Alexander’s vader nog ooit zoete aardappelen van had gekregen die, volgens de koning, hem ook erg hadden gesmaakt. Het paar bezocht vervolgens het slavernijmuseum van de Historical Foundation in Oranjestad en het bezoek eindigde met een wervelend programma van muziek en dans in het centrale Wilhelminapark. Ook hier speelden de kinderen van het eiland weer de hoofdrol.

 
Juf Vienne Buitink van de Golden Rock school stond te glunderen bij haar kinderen van groep 5, apetrots dat haar pupillen hadden opgetreden voor de koning en de koningin. Ze onderwijst de kinderen in het Nederlands, hoewel de hele dag van het royale bezoek bij de kinderen geen woord Nederlands over de lippen is gekomen.

 
Taal
“We doen er alles aan om de kinderen onder te dompelen in de Nederlandse taal, maar een recent onderzoek van de Rijksdienst Caribisch Nederland heeft toch aangetoond dat de Statianen liever het onderwijs op hun eiland in het Engels zouden willen.” De discrepantie tussen de wens van de lokale politiek die na oktober 2010, toen het eiland een openbaar lichaam van Nederland werd, om dan ook het Nederlands op het eiland in te voeren als onderwijstaal, heeft onder de bevolking nog weinig steun.

 
De juf moet ook toegeven dat het Nederlands ver van de kinderen af staat. “Ze krijgen Nederlands als vak in de eerste schooljaren en vanaf groep vijf wordt in het Nederlands onderwezen, maar de schoolresultaten blijven daarom achter”, vreest ze.

 
Angst
Klachten waren er weinig vandaag. Brandweervrouw Candida bracht de fors toegenomen levensduurte in herinnering, een probleem dat van de eerste orde is op alle eilanden van Caribisch Nederland. “Ons salaris komt niet eens in de buurt van wat Nederlandse brandweerlieden verdienen”, zegt ze, “maar ik heb wel twee kinderen die in Nederland studeren. Ik leef echt met angst en beven naar het einde van de maand toe. De vakbond doet zijn best om betere voorwaarden voor ons in de wacht te slepen want we zijn de laagst betaalde functionarissen, maar tot nog toe zijn ze geen stap verder gekomen.”

 
Door Jean Mentens