Staatssecretaris Martin van Rijn

Staatssecretaris Martin van Rijn

DEN HAAG – “Om de kinderrechten op Bonaire, Sint Eustatius en Saba te verbeteren moeten we verder gaan met het doorvoeren van verbeteringen, de hoeveelheid beschikbare data vergroten en kijken waar we eventueel aanpassingen in het beleid moeten doen gezien de Caribische context.” Zo vat staatssecretaris Martijn Van Rijn van Volksgezondheid en Welzijn samen wat er volgens Nederland moet gebeuren op dit gebied.

Van Rijn kondigt aan dat er de komende periode meerdere onderzoeken en enquêtes op de BES-eilanden zullen plaatsvinden om meer inzicht te krijgen in de kwantiteit van de problemen. Het gaat om onder meer de ervaringen met de gezondheidszorg en de wijze waarop huiselijk geweld integraal kan worden aangepakt. Met die nulmetingen hoopt hij dat verbeteringen straks beter meetbaar zullen zijn. Ook gaat gekeken worden of het Centraal Bureau voor de Statistiek meer gegevens kan verzamelen over de BES-eilanden.

Op de eilanden zijn sinds 10-10-’10 al veel aanpassingen gedaan, maar het duurt even voor merkbaar wordt wat de gevolgen daarvan zijn, aldus de staatssecretaris. Hij vindt het belangrijk om daarbij mee te nemen dat er culturele verschillen zijn die wellicht een andere aanpak vereisen dan de in Nederland gangbare methodes. Belangrijke onderwerpen die onder de loep worden genomen zijn onder meer verbeteringen in het onderwijs, de aanpak van tienerzwangerschappen, overgewicht en opvoedkundige problemen.

Koninkrijk
Minister Ronald Plasterk van Koninkrijksrelaties vindt dat Nederland mede verantwoordelijk is voor het welzijn van alle kinderen van het Koninkrijk, dus niet alleen die op de BES-eilanden, maar ook de kinderen op Aruba, Curaçao, Sint Maarten: “Kinderen zijn onze eerste zorg. Dat kan door samenwerking, van elkaar leren en expertise-uitwisseling. Er is al veel gebeurd, maar het kost tijd voor de resultaten zichtbaar worden.”

Tijdens het debat wordt de VVD door D66 en de ChristenUnie aangesproken op de terughoudendheid waarmee deze partij de kinderrechten op Aruba, Curaçao en Sint Maarten wil veiligstellen. De VVD vindt dat het bewaken van de kinderrechten een verantwoordelijkheid is van de landen zelf. D66 en ChristenUnie vinden dat de VVD op twee gedachte hinkt: de partij is voor ferm ingrijpen als het gaat over integriteit en goed bestuur, maar laat op andere onderwerpen het initiatief aan de landen.

Een pleidooi van CDA-Kamerlid Madeleine van Toorenburg om te kijken naar mogelijkheden om de druk op het registreren van de vader van een kind te vregroten wordt goed ontvangen, hoewel Plasterk aantekent dat ook in Nederland kinderen wettelijk niet het recht hebben te weten wie hun vader is.

door: Jamila Baaziz