“Kustwacht moet militaire patrouilles uitvoeren in Venezolaans gebied”

Intimidatie, misbruik van hiërarchie, vrees voor veiligheid, onbetaalde overuren. Dit zijn enkele knelpunten die vijf stakende leden van de Kustwacht deelden met verslaggever Leoni Leidel-Schenk. Anoniem welteverstaan, want de mannen zijn bang voor represailles. Maar het meest controversiële punt dat de mannen naar voren brengen, zijn de civiele vluchten die tijdens het vliegen opeens worden omgezet in een militaire vlucht.

Stakers van de Kustwacht

Stakers van de Kustwacht - foto: Leoni Leidel-Schenk


Een van de stakende leden die het woord voert is een observator van de Kustwachtvliegtuigen: “Opeens verandert de leiding van de Kustwacht de missie in een voor Joint Task Force (JTF). Ik weet als observator aan boord niet wat er is besproken of waarom de missie gewijzigd is.” De observator moet soms naar het luchtruim van Venezuela vliegen, een gebied waarvoor hij eigenlijk niet bevoegd is. “Soms moeten we als Kustwacht een marine vaartuig van Venezuela volgen. Ik moet doorbrieven waar het schip naar toe gaat.” Zo’n opdracht binnen het luchtruim van Venezuela werd hen bijna fataal. “Al snel werden twee F-16 vanuit Venezuela op ons afgestuurd en dwongen ze ons om weg te gaan. Het had slecht kunnen aflopen. Als ze ons uit de lucht schieten, wie verdedigt ons dan? En we weten geeneens waarom we de missie uitvoeren!” Volgens de observator zijn de Kustwachtmedewerkers uitgesloten van de communicatie tussen de leiding van de Kustwacht, Marine en de Amerikanen met wie de JTF wordt gevormd.

Wat als een rode draad door het verhaal van de mannen loopt, is de werkwijze van de Commandant der Zeemacht in het Caribische Gebied, brigadegeneraal der mariniers Dick Swijgman. Hij staat aan het hoofd van de Kustwacht en de Marine. Daar blijft het niet bij, Swijgman heeft nog een andere pet op. Hij is de ondercommandant van de drugsbestrijdingorganisatie Joint Task Forces (JTF), die speciaal gericht is op het onderscheppen van drugs onderweg naar Amerika. “Hij stuurt drie hele verschillende organisaties aan, maar gebruikt een en dezelfde methode.” De stakers hebben vorige week gepraat met Swijgman. Het gesprek duurde maar tien minuten waarin de generaal volgens de mannen een arrogante houding had en weigerde het gesprek serieus te nemen.

Met die sfeer is het niet verwonderlijk dat de groep van 42 Curaçaose Kustwachtmedewerkers al twaalf dagen staakt dagen en ook nog niet van plan is te stoppen totdat de misstanden, die volgens hen al zeventien jaar duren, zijn opgelost. Op het kantoor in het gebouw van de NAPB zijn de meeste van de 42 stakers aanwezig. Vijf mannen treden op als woordvoerder, een observator aan boord van het Kustwachtvliegtuig, iemand van de technische afdeling en drie mannen die worden ingezet bij operaties op zee. Ze houden zich niet meer in. De maat is vol.

Veiligheid
De medewerkers die werken op de patrouilles op zee voelen zich onveilig. Ze hebben niet zoals dienstofficieren het recht om hun wapen mee naar huis te nemen. Hun familie thuis krijgt geen extra beveiliging, iets waar de officieren in hogere functie wel recht op hebben. “We zijn politie op het water. We arresteren mensen en onderscheppen drugstransporten. Vaak krijgen we te maken met represailles.” Een van de medewerkers op zee arresteerde de ene dag een drugskoerier en zat de volgende dag bij de kapper, die de broer bleek te zijn van de arrestant. “Dan krijg je het te horen. En ik moet mijn staart tussen mijn benen doen want ik heb niets om mezelf mee te verdedigen. Ze vertrouwen ons met machinegeweren maar buiten het werk om vertrouwen ze ons niet.” Een andere staker denkt ook aan zijn kind. “Als ik word doorgeschoten, wie zorgt er dan voor mijn gezin?”

Intimidatie
Op de technische afdeling worden medewerkers geconfronteerd met initimidatie. “We zijn belast met tweedelijnsonderhoud en de Marine is belast met uitvoeren van derdelijnsonderhoud. We worden door de leiding onder druk gezet om het derdelijnsonderhoud te doen zonder daarvoor gecompenseerd te worden. We hebben drie jaar geleden duidelijk gemaakt dat we dit werk alleen willen doen als ervoor gecompenseerd worden. Dat heeft voor zodanige spanningen gezorgd dat we een brief kregen van de leiding met de medeling dat de hele afdeling geschorst werd. Onze collega’s op Aruba stonden al met een ticket in hun hand. We hebben geen gehoor aan gegeven. Je mag niet voor je rechten opkomen want dat wordt meteen afgekapt.” De Marine bemoeit zich vaker met zaken van de technische afdeling. “Als we een superhibb afkeuren, overruled de Marine dat regelmatig en laat de jongens in een afgekeurde boot hun werk doen.”

Communicatie
De mannen hekelen de communicatie naar de media toe. Het persbericht dat Gouverneur gisteren verstuurde dat de Kustwacht en de vakbond in gesprek zijn, klopt niet volgens vakbondsleider Ronald Abrahams van de NAPB. “ Dat is een leugen, ik wacht nog op hun telefoontje”, reageert Abrahams geladen. Op het horen van de melding van Gouverneur dat door de staking de patrouilles niet het gedrang komen, lacht de groep stakers. “De kust is op dit moment open voor drugs en wapens. De Kustwacht is al onderbezet, laat staan hoe de situatie is zonder de 42 stakers.”

Een heikel punt voor de stakers is het contractsysteem van de Kustwacht. Iedereen krijgt een contract van vijf jaar dat verlengd kan worden tot je dertigste. Daarna is het solliciteren op vacatures, zijn die er niet, dan wordt de werknemer uit de roulatie gehaald. “Er is geen kans om door te groeien. Ik heb jaren bij de Kustwacht gewerkt en heb geen garantie op een baan, want de hogere functies worden altijd door dezelfde mensen van de Marine bekleedt. Een lokaal persoon maakt geen kans op die plek. Met discriminatie bedoelen we niet op kleur, maar op rang”, vertelt een van de stakers.

Volgens Roderick Gouverneur is het contractsysteem vastgelegd binnen het Koninkrijk. “We zijn landsambtenaren”, wordt er verontwaardigd gereageerd. “De politie, douane en gevangenismedewerkers hebben deze regeling niet. Het is duidelijk dat de stakers zich achtergesteld voelen op andere dienstofficiers. “We kunnen geen lening of hypoteek afsluiten. Na vijf jaar sta je met lege handen op straat.”

Tot slot benadrukken de stakers dat ze van hun werk houden en het niet lekker zit dat de kust onbewaakt is. “Helaas moeten we dit doen. Er moet een oplossing komen en ik hoop dat dit snel gebeurt zodat we weer aan het werk kunnen.”

Door: Leoni Leidel-Schenk