Foto: Wayaká Advies

KRALENDIJK – Als aan alle voorwaarden wordt voldaan kan Bonaire tot 40 procent eigen groenten en fruit produceren. Daarvan is de organisatie Plattenlandsontwikkelingsprogramma (POP) Bonaire overtuigd.

Projectleider ing. Sherwin Pourier tekent wel aan dat de prijzen niet automatisch zullen dalen door lokale productie.

Sherwin Pourier en Jan Jaap van Almenkerk geloven in eigen voedselproductie. Foto Gijs van den Heuvel

Eigen voedselproductie
Niet alles is mogelijk, maar watermeloen, spinazie, tomaat (buiten de warme tijd), papaya, pompoen, kruiden, sla, okra, het kan allemaal op Bonaire worden verbouwd. Het meer zelf produceren van voedsel staat weer volop in de belangstelling door een onderzoek van bureau Ecorys naar de hoge prijzen in Caribisch Nederland. Een van de aanbevelingen was het stimuleren van eigen voedselproductie om de afhankelijkheid van import te verminderen. De regering in Den Haag heeft die aanbeveling overgenomen en is in gesprek met de openbare lichamen.

Sherwin Pourier en Jan Jaap van Almenkerk over het landbouwcentrum

POP heeft geconstateerd dat er genoeg animo is om groenten te telen op Bonaire. “Er zijn mogelijkheden als je ervoor gaat”, zegt Pourier. “Je moet het niet doen als je miljonair wil worden, maar je kunt met duizend vierkante meter een goed bestaan hebben.” Er zijn gesprekken geweest, projectplannen ingediend en onderzoeken gedaan. Het wachten is op een besluit van de overheid.

Water
Het plan van POP is om de teelt te concentreren op een Landbouwcentrum op het terrein van de overheidslandbouwdienst LVV, waar ook de waterzuivering staat. Daar ligt een perceel van twee hectare klaar, waar groenten- en fruittelers op kunnen gaan werken. “Het plan staat op papier, maar het krabbeltje ontbreekt nog.” Er wordt nu al een paar jaar veevoer gekweekt op het terrein als pilotproject voor geitenboeren, een ander project van POP. Voor de commerciële groententeelt van start kan gaan moet er nog een en ander gebeuren. “Water is onze grote bottleneck”, zegt Pourier. Er moet een leiding worden aangelegd vanaf de zuivering.

De pilot voor veevoerproductie is een succes. Er wordt het hele jaar geoogst. Foto Wayaká Advies

Als het plan van de grond komt is POP optimistisch over de kansen. “Nu komt 99 procent van de groenten uit het buitenland. We denken dat we 40 procent van de lokale markt hier kunnen produceren. Dat zou al heel mooi zijn. Je kunt hier niet alles verbouwen. Bloemkool en aardappelen zul je moeten blijven importeren”, aldus tropisch landbouwingenieur Jan Jaap van Almenkerk.

Startblokken
“We staan in de startblokken, we kunnen snel van start als de beslissing wordt genomen”, zegt Pourier. Er zijn wel voorwaarden: “De landbouwers moeten met een businessplan komen en de markt verkennen. Na goedkeuring kunnen ze op het terrein komen werken.” Een grote investering is niet nodig, een microkrediet is genoeg om een start te maken.