Een meerderheid van de Tweede Kamer voelt niks voor het voorstel om Bosmans wetsvoorstel aan te nemen | Foto: Pieter Hofmann

Een meerderheid van de Tweede Kamer voelt er niks voor om Bosmans wetsvoorstel aan te nemen. Foto: Tweede Kamer

DEN HAAG – Niet meer dan tien mensen zaten vanmiddag als tegenstanders van de Bosmanwet op de publieke tribune toen een meerderheid van de Tweede Kamer het wetsvoorstel afwees. Het wetsvoorstel van VVD-kamerlid André Bosman is hiermee van tafel en daarmee voorlopig ook de dreiging van strenge vestigingsregels voor Antillianen in Nederland. Maar werd de wet eigenlijk wel als bedreiging ervaren?

Een rondvraag onder Antillianen met emigratieplannen leert dat de meesten niet eens van het bestaan van de Bosmanwet af weten. Ook de oproep van de Antilliaanse belangenbehartiger OCaN om vanmiddag op de publieke tribune in de Tweede Kamer een statement te maken tegen de Bosmanwet, leverde niet meer dan een handvol sympathisanten op.

Pieter Hofmann praat met Goriaka Maal en oud-gevolmachtigd minister Roy Pietersz op de publieke tribune tijdens het debat

Het boeit niet
“Het zijn vooral de ouderen die ermee bezig zijn”, vertelt de Curaçaose Goriaka Maal. Zij is een van de weinigen die op de publieke tribune van de Tweede Kamer zit. De desinteresse in de positie van Antillianen in Nederland merkt ze vooral bij haar 26-jarige zoon, “Die zegt: waarom zou ik me bemoeien met de politiek? Ik moet werken en studeren.”

Niet op mij van toepassing
Ook op Curaçao blijkt de Bosmanwet geen brandende kwestie te zijn onder Antillianen die van plan zijn om naar Nederland te emigreren. “Ik had er wel iets over gehoord, maar echt veel krijg je er hier in de media niet over te lezen. Bovendien heeft geen van de politieke partijen op Curaçao het erover gehad”, vertelt de 41-jarige Clinys Eisden.

Haar dochter van 17 is van plan om volgend jaar in Nederland te gaan studeren. “Als de Bosmanwet was ingevoerd had ik haar toch wel gestuurd. Het succes van Antilliaanse studenten valt en staat vooral met betrokkenheid van ouders. Als mensen crimineel worden in Nederland is dat hun eigen keuze.”

De 41-jarige Daniel Yung heeft zich in zijn emigratieplannen ook niet af laten schrikken door de Bosmanwet, maar dat komt misschien ook doordat hij, naar eigen zeggen, ‘vrij weinig van die wet af weet.’ “Wat ik begrepen heb, is het een wet voor kansarme Antillianen die naar Nederland komen, om het voor hen eigenlijk moeilijk te maken. Ik zie mezelf niet als een kansarme Antilliaan. Ik ben hoog opgeleid en heb duidelijk een plan.”

Zwaardere problemen
De 41-jarige Nicolaj de Haan, die tot vorige week vanaf zijn vijfde op Sint Maarten woonde, denkt dat de beperkte bezorgdheid over de wet vooral aan de laksheid op zijn eiland ligt. “We zijn te ‘laid back’. Dat is ons probleem. Bovendien hebben we andere dingen aan ons hoofd daar, zoals vervuiling en stroomstoringen. Maar het blijft gek dat zoiets niet besproken wordt, want het gaat nu echt slecht op Sint Maarten en voor velen is de vlucht naar Nederland het allerlaatste redmiddel.”

Opvallend genoeg was er tijdens de behandeling van de Bosmanwet ook niemand aanwezig van een van de ambassades van de eilanden. Bij navraag bij de ambassade van Curaçao, Aruba en die van Sint Maarten wilde niemand een verklaring geven voor hun afwezigheid. 

Instructies
De Curaçaose oud gevolmachtigd minister, Roy Pietersz, denkt dat de afwezigheid te maken heeft met instructies vanuit de politiek op de eilanden: “Zo van het is een Nederlandse aangelegenheid en wij houden ons er bewust buiten.”

Door Natasja Gibbs, Pieter Hofmann en John Samson