ORANJESTAD – Drie agenten van Korps Politie Aruba zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen variërend tussen één en anderhalf jaar. Zij bedreigden in 2013 twee burgers met hun dienstvuurwapen. De agenten werden ook gedekt door collega’s die onder meer valse politierapporten opmaakten.
Het is voor het eerst in de Arubaanse geschiedenis dat agenten veroordeeld worden voor zo’n misdrijf. Drie agenten kozen ervoor het recht in eigen hand te nemen, en dat is volgens waarnemend korpschef Vanessa Kock onaanvaardbaar. “Het is niet de bedoeling dat je je als agent onaantastbaar voelt. Sterker nog, je bent als agent extra kwetsbaar.”
Jackeliene Geeve in gesprek met Vanessa Kock
“Want ook als je als politieagent in burger reageert op een bepaald incident, word je gezien als agent. Dat is het beroep waarvoor je hebt gekozen”, vindt de korpschef.
De rechter was gisteren aan het einde van de zitting – waar veel belangstelling voor was – duidelijk: “jullie zijn het ambt politie onwaardig. De agenten namen het recht in eigen hand in plaats van respect te tonen voor het justitieel systeem. Blijkbaar hebben zij dus geen vertrouwen in de kennis en kunde van hun collega’s”, zo vindt de rechter. Naast de gevangenisstraf worden de veroordeelde agenten ook voor drie tot vijf jaar uit hun ambt gezet.
Gestolen motor
Op 16 maart 2013 vallen de in burger geklede agenten Ronald Paskel, zijn echtgenote Roselynn Angela en Elaine Lacle een huis in de wijk Sabana Basora binnen. De aanleiding is de gestolen motor van agent Lacle. Via-via heeft ze gehoord dat ze haar motor op dit adres terug kan vinden. Met getrokken wapens lopen de drie agenten het erf op waar op dat moment twee mannen met elkaar zitten te praten op de porch. Paskel dwingt één van de twee slachtoffers om de deur open te maken. Hierbij legt hij de loop van zijn dienstwapen tegen het hoofd van de bewoner. Zijn collega Lacle doorzoekt de woning. De motor wordt niet gevonden. De drie agenten in burger vertrekken weer.
Opvallend is dat enkele minuten na de bedreiging een politiepatrouille verschijnt. Voor het Openbaar Ministerie geeft dat genoeg reden om aan te nemen dat er collega’s stand-by stonden voor het geval er iets mis dreigde te gaan. In een later politieverhoor geven patrouillerende agenten dit inderdaad toe: “Op verzoek van de verdachten waren we daar in de buurt aanwezig.”
Daar blijft het niet bij. Een patrouillerende agent die op de bewuste avond dienst heeft, vertelt dat hij met de inhoud van het politierapport heeft gerommeld om zijn collega’s te beschermen. Nadat hij het incident had opgetekend stuurde hij een foto van het door hem opgemaakte rapport naar Lacle met de vraag om het te controleren. Lacle vroeg hem vervolgens de persoonsomschrijvingen van haar en haar twee handlangers te wissen. Dat deed hij.
‘Afdekcultuur’
Dat meerdere collega-agenten de drie veroordeelden hebben beschermd door politierapporten te vervalsen, is volgens Kock geen reden om te denken dat er een ‘afdekcultuur’ heerst binnen het Korps. “Dat is absoluut niet het geval. Dat er meerdere agenten bij dit incident betrokken waren, toont wel aan dat andere agenten beïnvloed kunnen worden door hun collega’s.”
Door Jackeliene Geeve